Lavendel

Kenmerken

Het geslacht is terug te vinden in veel tuinen omwille van de paarse kleur en de geur van de bloemen. De struik wordt niet hoger dan een meter en niet breder dan een halve meter. De bloemen zijn puntvormig en kunnen tot wel acht centimeter lang worden. Lavendel wordt ook als sierplant gebruikt.

Gebruik

Aromatisch

Lavendel wordt gekweekt om de lavendelolie die geëxtraheerd kan worden uit de paarse bloemen. Deze olie wordt als geurstof gebruikt in cosmetica, zoals zeep en parfum. Daarnaast wordt lavendelolie bijvoorbeeld gebruikt in de aromatherapie. Ook kunnen lavendelkorrels in zakjes in kledingkasten worden gelegd. De kleren worden zo geparfumeerd door de verdampende etherische olie en volgens sommigen worden zo motten geweerd. Daarnaast worden de lavendelbloemen in potpourri's verwerkt.

Culinair

Lavendel wordt ook in de keuken gebruikt. Zo zijn de bloemen een ingrediënt van de Provençaalse kruiden. De bloemen worden, al dan niet gedroogd, gebruikt om allerlei producten op smaak te brengen zoals bijvoorbeeld Franse kazen of groenten zoals wortelen, tomaten,... Andere producten op basis van het kruid zijn: lavendelthee en lavendelstroop. Deze stroop wordt onder andere in gebak en pralines verwerkt. Ook bestaat er lavendelhoning waarbij er zorg voor wordt gedragen dat de bijen alleen met lavendel in aanraking komen.

Medisch

Inwendig kan lavendel worden toegepast als theeaftreksel en uitwendig in de vorm van aromatherapie. Lavendel heeft een rustgevende en verlichtende werking.[1][2][3] De etherische olie van lavendel kan worden gebruikt als antisepticum.[1]

Hildegard van Bingen (1098-1179) beveelt lavendel aan in een elixer bij hoest: "Als iemand Speik-lavendel (drie lepels) in wijn (één liter) kookt en vaak lauwwarm drinkt, verzacht hij lever-long-lijden, mildert het doffe gevoel in zijn borst en zorgt voor een scherp verstand (scientia) en een heldere combinatie-gave (ingenium). Wie geen wijn heeft, kookt hem in water en voegt honig toe." (Causae et Curae, 1150). Verder schrijft ze in haar boek Physica dat wanneer iemand die veel luizen heeft aan lavendel ruikt de luizen zullen doodgaan.

Verspreiding

Vooral de Provence staat bekend om de lavendelteelt. Meestal gaat het om kruisingen met een hoge concentratie aan etherische oliën zoals de veel aangeplante cultivar Lavandula ×intermedia 'Grosso'. In Nederland en België komt lavendel niet van nature voor.

Verzorging

Lavendelstruiken dienen 30 centimeter uit elkaar geplant te worden. Om verhoutering te voorkomen, waarbij de lavendel in een massieve struik met dikke takken verandert, dient deze wel twee maal per jaar gesnoeid te worden. Doet men dit niet, dan zal deze steeds dikkere takken krijgen waarbij de struik aan de onderkant geen bloemen meer zal bevatten. De eerste snoei vindt plaats in de tweede helft van maart. Hierbij kan de plant tot 15 cm boven de grond worden gesnoeid. Hierna groeien er snel nieuwe twijgen naar boven waar weer bloemen aan komen. De tweede keer vindt plaats na de bloei (augustus tot oktober). Deze keer moeten alleen de bloemen verwijderd worden. De plant mag dus niet kort gesnoeid worden aangezien deze de winter dan niet zal overleven.

Insecten

De bloemen worden vooral bezocht door hommels en koolwitjes. In zuid-west Frankrijk worden de bloemen ook bezocht door de kolibrievlinder. Hij kan stilstaan voor een bloem net als een echte kolibrie.

Soorten

Soorten

  • Lavandula angustifolia 
  • Lavandula antineae
  • Lavandula aristibracteata
  • Lavandula bipinnata
  • Lavandula bramwellii
  • Lavandula buchii
  • Lavandula canariensis
  • Lavandula citriodora
  • Lavandula coronopifolia
  • Lavandula dentata (tandlavendel)
  • Lavandula lanata
  • Lavandula latifolia (breedbladige lavendel)
  • Lavandula mairei
  • Lavandula maroccana
  • Lavandula multifida
  • Lavandula minutolii
  • Lavandula pedunculata
  • Lavandula pinnata
  • Lavandula pubescens
  • Lavandula rejdalii
  • Lavandula rotundifolia
  • Lavandula saharica
  • Lavandula stoechas (kuiflavendel)
  • Lavandula subnuda
  • Lavandula tenuisecta
  • Lavandula viridis (groene lavendel)

Bron; Wikipedia